Plantenwinkel - Haven 4 - Leiden | Open dinsdag t/m zaterdag van 11 tot 17 | in juli en augustus gesloten op dinsdag

Waarom zou je jouw planten plantenvoeding geven?

Ja hoor, de dagen worden langer en mooier en gelijk gaan je planten ook aan het groeien. Dat doen ze nou elk jaar zo eind maart, begin april. Wat doe jij dan als goede plantenverzorger? Je gaat ze voeding geven zodat ze energie genoeg hebben om te groeien.

 

Verschillende plantenvoeding

Wij hebben grondleggers van Wilder. Dit zijn tabletten die je één keer per jaar bij je plant in de grond stopt, bij voorkeur als het groeiseizoen begint. Je hoeft dan een heel jaar lang er niet meer naar om te kijken. Daarnaast hebben we ook onze eigen vloeibare wormenpis. Dit is een voeding die gemaakt is door onze eigen wormen. We hebben ze onze groente-afval, koffieprut etc gevoerd en als dank hebben ze hun plasje in flesjes gedaan die je verdund (1:10). Eén keer per maand voeg je het toe aan het water voor jouw planten. Aan het einde van het groeiseizoen, zo tegen de herfst, stop je daar weer mee. In de herfst en winter nemen je planten namelijk wintervakantie op en is het geven van voeding geen goed idee meer. De wortels nemen de voeding niet meer op, sterker nog, de kans dat de wortels verbranden door de voeding is erg groot en je plant kan dan het loodje leggen en dat zou toch eeuwig zonde zijn.

 

Waarom zou je eigenlijk je planten voeden?

Je hebt al de juiste plek voor ze uitgezocht, niet te veel of te weinig zon, voldoende licht, geen tocht, droge of juist vochtige lucht. Je geeft ze toch al goede aarde of potgrond en water, niet te weinig maar zeker niet te veel en het liefst ook nog eens regenwater. Dus waarom ook nog voeding?

 

Een tekort aan voeding kan je plant op verschillende manieren laten zien. Één van de eerste tekenen is dat je plant niet meer goed groeit, terwijl het wel groeiseizoen is. Als je dus een plant hebt die het hele jaar niet groter wordt, ook niet tijdens de lente en de zomer, kan het best zijn dat er te weinig voedingsstoffen in de grond zitten. Maar je plant kan ook verkleuren, dan wordt het blad geel of bruin. Soms ziet nieuwe groei er bij een gebrek aan voedingsstoffen raar uit, of de nieuwe groei blijft heel klein. Te weinig voeding kan er ook voor zorgen dat je plant te weinig energie heeft om te gaan bloeien. In meer extremere gevallen kan je plant zijn bladeren laten vallen. Als je zeker weet dat je voldoende water geeft en de plant ook het juiste licht krijgt, maar toch blad laat vallen, dan is te weinig voeding meestal de oorzaak. Je plant kan door een gebrek aan voedingsstoffen minder weerbaar worden en is daardoor vatbaarder voor infecties en beestjes.

Kortom: je plant kan een beetje zielig worden. Gelukkig kan een plant hier vaak wel van herstellen, en fungeert de plantenvoeding als een extra shot vitaminen waarmee je plant er weer zin in krijgt.

 

Gaat je plant dood als je geen plantenvoeding geeft?

Misschien vraag je je af hoe belangrijk plantenvoeding nu echt is, het kan zijn dat je nooit plantenvoeding geeft en je planten het toch prima doen. Dat is mooi meegenomen! Je plant zal ook niet zo snel dood gaan als je geen plantenvoeding geeft. Wel heb je veel eerder kans dat er blaadjes geel worden en afvallen en dat je plant niet zo goed meer groeit. Ook is de vatbaarheid voor ongedierte groter. Met plantenvoeding ben je dus verzekerd van een mooie en gezonde plant waarvan de bladeren zich goed ontwikkelen en je nieuwe groei ziet verschijnen.

 

Kun je je plant te veel voeding geven?

Je kunt je planten zeker te veel voeding geven en dat kan schadelijk zijn. Een overdosis aan plantenvoeding kan de wortels van je plant namelijk beschadigen. Geef daarom nooit meer dan er op de verpakking vermeld staat, en geef zeker geen extra dosis als je het een keer bent vergeten. Een normale dosis voeding geeft het beste resultaat.

 

Kortom, het geven van voeding aan je planten zorgt voor de volgende voordelen:

 

  • Kleurt bladeren intens groen;
  • De plant krijgt gezonde wortels en bladeren;
  • Zorgt in het groeiseizoen voor een flinke groeispurt;
  • Betere weerstand tegen ziekten en insecten;
  • Zorgt bij bloeiende planten voor een uitbundige bloei.